|
Dit onderdeel is toegevoegd als eerbetoon aan Dhr. J.W. Matthijsen die in
de zeventiger jaren in woord en daad uitvoerig aandacht besteedde aan de
Maastrichtse gevelstenen en wat er verder nog in de gevels te vinden was, met
name de brandverzekeringsplaatjes die - hoewel ze het niet zijn - door menigeen
voor gevelstenen worden aan gezien.
(bijlage
bij de lezing, gehouden door Dhr. J.W. Matthijsen op 7-12-1981
voor LGOG, kring Maastricht.)
Brandverzekeringsplaatjes
in Maastricht
Het
gaat om zekere metalen schildjes van maximaal 2 bij 2 1/2 decimeter, die al
ongeveer zo'n honderd jaar oud zijn. Zij komen niet alleen in Nederland voor,
maar ook in naburige landen, zij het sporadisch! In Maastr'icht zijn er nog ca.
50 exemplaren te vinden, hetgeen mogelijk een West-Europees record genoemd mag
worden.
Deze
brandbestendige 19e eeuwse schildjes zijn in feite slechts kentekenen van
verzekering, maar in zekere zin kunnen ze ook als reclame-object hebben dienst
gedaan.
Destijds
werden ze op aanwijzing van assuradeuren met spijkers bevestigd aan gevels of
muren van solide huizen in de stad en ook aan talrijke boerenhofsteden, meestal
op een hoogte van 3 tot 5 meter boven de begane grond.
Al
werden panden geheel of gedeeltelijk door brand verwoest, de schildjes zouden
het zonder twijfel overleven en zij zouden het mogelijk maken, vast te stellen
welke maatschappij onder welke voorwaarden de schade zou vergoeden, c.q. een
beloning zou toekennen aan het betrokken brandweerkorps, dat er alles aan had
gedaan om de schade te beperken. De schildjes in kwestie worden heel
karakteristiek “brandverzekeringsplaatjes" genoemd of kortweg
"brandplaatjes".
Als
woord komt "brandplaatje" wel voor in de Grote van Dale, doch niet of
nňg niet in de onschuldige betekenis die wij eraan geven!
Doordat
de brandplaatjes in onze stad veelal in "overschilderde" staat
verkeren zijn ze doorgaans slecht waarneembaar, maar ŕls ge ze eenmaal hebt
ontdekt, dan gelukt het toch wel (aan de hand van de erop ingestanste
allegorische voorstelling, initialen of namen) vast te stellen om welk type
plaatje het gaat.
De
assuradeuren, die Maastrichtse panden tegen brandschade verzekerden,. waren in
verschillende plaatsen gevestigd, w.o. Tiel, Den Bosch, Rotterdam, Antwerpen,
Brussel, Luik, Aken en Keulen.
Telkens
verdwijnen er weer enige van deze niet door enige instantie beschermde objecten
uit ons stadsbeeld. Het is spijtig te moeten constateren, dat er inmiddels geen
enkel plaatje meer aanwezig is, dat uit Tiel, Rotterdam of Luik stamt.
We
weten echter, dat zich enkele exemplaren, afkomstig van de bedoelde vestigingen,
in bewaring bevinden bij particulieren en dat er ook enkele aan een grote
verzameling, beheerd door een assurantiekantoor, zijn toegevoegd.
Ons
huidig brandplaatjesbestand, dat zult ge begrijpen, is heel wat minder groot dan
het was omstreeks de eeuwwisseling (van 1900), maar Maastricht bezit toch, in
vergelijking tot andere steden, een benijdenswaardig aantal exemplaren van wel
elf verschillende typen!
Hoe
komt het eigenlijk, dat Maastricht relatief veel exemplaren telt en waarom
genieten zij zo .weinig bekendheid? Wel, vroeger namen deze schildjes een
opvallende positie in. Eerst nadat ze in onbruik raakten geschiedde er iets
merkwaardigs. Men bleef door de jaren heen namelijk vasthouden aan de gewoonte
de panden rood of wit te sauzen. De plaatjes, die als kenteken overbodig waren
geworden, werden niet meer ontzien en driftig meegesausd. Ze namen overal als
kameleons de kleur van hun omgeving aan, waardoor ze tenslotte niet meer
opvielen en deswege langer aan de gevels bleven zitten dan elders!
Deze
onbewuste conserveringsmethode heeft echter ook nare gevolgen gehad, want bij
vernieuwing of sloop van oude panden werden vele der overschilderde plaatjes
achteloos weggeworpen tezamen met gevelpuin.
In
de laatste tijd zijn er nog enkele exemplaren van de ondergang gered doordat
enige personen tijdig alarm sloegen. Het lijkt ons, dat op den duur de kans op
groeiend verlies aanzienlijk minder wordt naarmate méér en méér mensen van
goede wil ruimere kennis omtrent Maastrichtse brandplaatjes kunnen vergaren.
Maar, wŕt kunnen toekomstige helpers uitrichten indien ze niet over een lijst
der vindplaatsen beschikken? Die lijst wordt hun thans ter beschikking gesteld.
*)
Lit.:
a) Tijdschrift "Antiek" (5e jrg. 1970 nr. 5, en 7e jrg. 1973 nr. 10)
artikelen van de heer Aug. P. Laane
b)
A.E. Bulau "Footprints of Assurance", New Yor'k 1953.
*)
Helaas moet nu vastgesteld worden dat van het aantal in 1981 getelde
brandplaatjes er ondertussen weer meer dan de helft uit de gevel verdwenen is;
deels met het bouwafval weggegooid of netjes opgepoetst in het interieur
opgehangen. Zelfs uit de gevel gestolen: bekendheid heeft ook hier zijn prijs.
|
|